het overhemd
|
iets
|
nu meteen
|
zoals je weet
|
de zanger
|
de zangeres
|
Hoeveel kost het?
|
de staart
|
de slak
|
vinden/ontmoeten
|
daarna
|
de verkoper
|
hebben/zijn
|
ik zou het heel leuk vinden
|
geweldig
|
ik heb gelezen
|
hij is gegaan
|
gesneden/geknipt
|
ik heb gevonden
|
heb je het gezien?
|
hij heeft gepast
|
winkelen/boodschappen doen
|
ik heb bezocht
|
wij hebben bezocht
|
de wol
|
de trui
|
links
|
ik neem het
|
het past me
|
voor hem/voor haar/voor u
|
de krant
|
langsgaan
|
donker
|
de volgende week
|
passen/proberen
|
de paskamer
|
cadeau geven aan hem/haar
|
uitverkoop
|
Wat een geluk!
|
het badpak
|
de tongbreker
|
de spijkerbroek
|