Spaans : Nederlands la actualidad = de actualiteit ambicioso = ambitieus analizar = analyseren aunque = hoewel citado = geciteerd ser considerado = beschouwd worden als contemporáneo = hedendaags deberse a = te wijten zijn aan destacar = opvallen el diseño = het ontwerp la escultura = het beeldhouwwerk el estilo = de stijl la estrella = de ster / de beroemdheid la exposición = de tentoonstelling hacerse famoso = beroemd worden influir en = van invloed zijn op / beïnvloeden innovador = vernieuwend la institución = de instelling lograr = bereiken mencionar = noemen el poema = het gedicht por tanto / [por eso] = [daarom] el proyecto = het project el puente = de brug el rascacielos = de wolkenkrabber realista = realistisch recibir = ontvangen reciente = recent ser reconocido = h[erkend worden] representar = verbeelden / voorstellen resultar = blijken / uitkomen la temática = het thema / de thematiek trasladarse a = zich verplaatsen naar una variedad = een verscheidenheid [ya que] / pro cuanto que = aangezien