Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Duits Nederlands
  • der Kuchen = het gebak
  • die Torte = de taart
  • die Süßigkeiten = het snoep
  • das Brot = het brood
  • das Toastbrot = het geroosterd brood
  • das Brötchen = het broodje
  • das Frühstück = het ontbijt
  • der Yoghurt = de yoghurt
  • das Müsli = de muesli
  • der Käse = de kaas
  • der Schinken = de ham
  • die Salami = de salami
  • das Ei = het ei
  • die Wurst = de worst
  • das Abendessen = het avondeten
  • das Mittagessen = het middageten