Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Duits Nederlands
  • der Zahnarzt = de tandarts
  • das Loch = het gat
  • eine hinter die Ohren hauen = een oorvijg geven
  • lieben = houden van
  • Krach machen = lawaai maken
  • wenn = als
  • die Kleidung = de kleding
  • heute Abend = vanavond
  • der Rock = de rok
  • die Bluse = de blouse / de bloes
  • die Turnschuhe = de sportschoenen
  • der Stiefel = de laars
  • die Stiefel = de laarzen
  • der Pullover = de trui
  • der Schmuck = sieraden
  • die Armbanduhr = het horloge
  • der Ohrring = de oorring
  • das Piercing = de piercing
  • der Test = de toets
  • das Wörterbuch = het woordenboek
  • das Fenster = het raam
  • die Kappe = de pet
  • das T-Shirt = het T-shirt
  • das Hemd = het overhemd
  • der Anzug = het pak
  • ausziehen = uittrekken
  • die Jacke = de jas / het jack
  • der Mantel = de jas / de mantel
  • ablegen = de jas uitdoen
  • die Stöckelschuhe = de schoenen met hoge hakken