Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Duits Nederlands
  • stolpern = struikelen
  • hetzen = jachten / erg gehaast zijn / jachten, erg gehaast zijn
  • verpassen = missen
  • die Leichtathletin = de atlete
  • schnaufen = snuiven / hijgen
  • der Eisbär = de ijsbeer
  • der Spitzensportler = de topsporter
  • anfassen = vastpakken / vasthouden
  • die Erfahrung = de ervaring
  • wetten = wedden
  • der Erste = de eerste
  • eine Treppe aufrennen = een trap oprennen
  • eine Treppe runterrennen = een trap afrennen
  • hinfallen = op de grond vallen
  • krepieren = van de pijn verrekken
  • die Bemerkung = de opmerking
  • die Bemerkungen = de opmerkingen
  • bluten = bloeden
  • daraufkleben = erop plakken
  • das Pflaster = de pleister
  • das Mitglied = het lid
  • der Sportverein = de sportvereniging
  • die Kondition = de conditie
  • die Sportskanone / das Sportass = de supersporter
  • die Weltmeisterin = de wereldkampioene
  • Spaß beiseite = nu even serieus