Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Duits Nederlands
  • anreisen = aankomen
  • die Badewanne = het bad
  • bei Bedarf = indien nodig
  • bereitlegen = klaarleggen
  • das Bett beziehen = het bed opmaken
  • die Büroarbeit = het kantoorwerk
  • das Dienstende = het einde van de dienst
  • fehlen = ontbreken
  • die Gästewäsche = de was van de gasten
  • genauso = precies zo
  • das Leergut = de lege verpakkingen
  • losgehen = starten
  • der Mülleimer = de afvalemmer
  • ordentlich = netjes
  • die Personaleinteilung = de indeling van het personeel
  • rosig = rooskleurig
  • die Schicht = de (ploegen-)dienst
  • schließlich = uiteindelijk / ten slotte
  • der Schreibtisch = het bureau
  • die Schublade = de lade
  • die Sonderwünsche = de speciale wens
  • der Tagesablauf = het verloop van de dag
  • der Tätigkeitsbereich = het gebied van werkzaamheden
  • überprüfen = checken
  • übrigens = overigens
  • während = tijdens
  • die Wäsche = de was
  • zügig = vlot / snel
  • zurzeit = op dit moment, nu
  • der Zusatz = de aanvulling / de toevoeging