Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Engels Nederlands
  • doctor = dokter
  • general practitioner = huisarts
  • office hour = spreekuur
  • by telephone = telefonisch
  • appointment = afspraak
  • make = maken / zorg
  • ill = ziek
  • are = bent
  • to = om (- te)
  • sure = ervoor
  • wait = wacht
  • until = tot