Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Engels Nederlands
  • trade / commerce = handel
  • wholesale = groothandel
  • barter = ruilhandel
  • precious = kostbaar
  • trader = handelaar
  • to negotiate = onderhandelen
  • to allow = toestaan
  • market = markt
  • to promote = bevorderen
  • retail = detailhandel
  • shop / store = winkel
  • supermarket = supermarkt
  • clothing store = kledingwinkel
  • to present = presenteren
  • grocery store = levensmiddelenzaak
  • aisle = gangpad
  • meat = vlees
  • dairy = zuivel
  • canned = ingeblikt
  • pharmacy = drogisterij
  • residential area = bewoond gebied
  • consumers = consumenten
  • availability = beschikbaarheid
  • advantages / benefits = voordelen
  • disadvantages = nadelen
  • to allocate = toewijzen aan
  • to turn left = links af
  • to turn right = rechts af
  • straight ahead = rechtdoor
  • entrance = ingang
  • Sunday = zondag
  • Monday = maandag
  • Tuesday = dinsdag
  • Wednesday = woensdag
  • Thursday = donderdag
  • Friday = vrijdag
  • Saturday = zaterdag
  • January = januari
  • February = februari
  • March = maart
  • April = april
  • May = mei
  • June = juni
  • July = juli
  • August = augustus
  • September = september
  • October = oktober
  • November = november
  • December = december
  • baby food = babyvoeding
  • strawberry jam = aardbeienjam
  • on sale = in de aanbieding
  • raspberry jam = frambozenjam
  • black currant jam = zwarte bessenjam
  • jar = pot
  • newspaper = krant
  • vegetables = groenten
  • folder = folder
  • check out / cash register = kassa
  • temperature = temperatuur
  • stain = vlek
  • cheap = goedkoop
  • potatoes = aardappels
  • crispy = knapperig
  • batter = beslag
  • kind regards / yours sincerely = met vriendelijke groeten
  • satisfied = tevreden
  • customer = klant
  • beautifully = schitterend
  • redecorated = verbouwd
  • digital = digitale
  • to congratulate = feliciteren
  • future = toekomst
  • department = afdeling
  • furniture = meubilair
  • appliances = apparaten
  • gardening = tuinieren
  • toiletries = toiletartikelen
  • jewellery = sieraden
  • stationery = kantoorartikelen
  • to exist = bestaan
  • independent = onafhankelijk
  • chain = keten
  • throughout = in het gehele
  • to award = toekennen
  • household goods = huishoudelijke artikelen
  • tenant = huurder
  • proposal = voorstel
  • brand name = merknaam
  • to replace = vervangen
  • to acquire = verwerven
  • investment = investering
  • department store = warenhuis
  • clumsy = onhandig
  • to notice = opvallen
  • men’s clothing = herenkleding
  • to prefer = voorkeur geven aan
  • caller = beller
  • phone number = telefoonnummer
  • company name = bedrijfsnaam
  • supervisor = leidinggevende
  • products = producten
  • today = vandaag
  • purchases = aankopen
  • to call back = terugbellen
  • last name / family name = achternaam
  • meeting = vergadering
  • goods = goederen
  • delay = vertraging
  • delivery = levering
  • tomorrow morning = morgenochtend
  • soccer shoes = voetbalschoenen
  • to exchange = ruilen
  • sporting goods = sportartikelen
  • motto = motto
  • sight = bezienswaardigheid
  • floor = verdieping
  • visitors = bezoekers
  • daily = dagelijks
  • diamond = diamant
  • children’s department = kinderafdeling
  • escalator = roltrap
  • to quench your thirst = dorst lessen
  • appealing = aantrekkelijk
  • healthy = gezond
  • sugar cube = suikerklontje
  • to consume = consumeren
  • liquid = vloeistof
  • pressure = druk
  • to encourage = aanmoedigen
  • vending machine = automaat
  • to convince = overtuigen
  • herbs = kruiden
  • capital = kapitaal
  • to investigate = onderzoeken
  • employees = werknemers
  • equipment = benodigdheden
  • racks = rekken
  • shelves = planken
  • supplies = voorraden
  • business plan = bedrijfsplan
  • real estate = onroerend goed
  • staff = personeel
  • insurance = verzekering
  • competition = concurrentie
  • ads = advertenties
  • magazines = tijdschriften
  • closing times = winkelsluitingstijden