Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Engels Nederlands
  • decide = beslissen / besluiten
  • excited = opgewonden
  • extremely = extreem / heel erg
  • fat = dik
  • German = Duits
  • guest = gast
  • guide = gids
  • huge = enorm groot / enorm
  • laugh = lachen
  • near = dichtbij
  • receive = ontvangen
  • summer job = vakantiebaan
  • surprised = verrast
  • two metres = twee meter
  • understand = begrijpen
  • aircraft = vliegtuig
  • alarm = wekker
  • ankle = enkel
  • exit = uitgang
  • fog = mist
  • guess = raden
  • heavy = zwaar
  • heel = hiel
  • knee = knie
  • landing = landing
  • look after = zorgen voor
  • mistake = fout
  • seat = zitplaats
  • sensible = verstandig / goed
  • several = diverse
  • skin = huid
  • sky = lucht / hemel
  • close = sluiten / dichtdoen
  • exercise = oefening / opdracht
  • experience = ervaring
  • heaven = hemel
  • join = meedoen
  • look forward to = zich verheugen op
  • miss = missen
  • monkey = aap
  • pack = inpakken
  • probably = waarschijnlijk
  • safe = veilig
  • save = redden
  • scared = bang
  • snake = slang
  • take a tablet = een tablet innemen
  • trip = reis / reisje
  • watch out = uitkijken / opletten
  • weird = raar / vreemd
  • wet = nat
  • depart = vertrekken
  • disaster = ramp
  • Don't worry = Maak je geen zorgen
  • end = eindigen
  • explain = uitleggen
  • have lunch = lunchen
  • popular = populair
  • pub = café / kroeg