Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Engels Nederlands
  • ball = bal
  • goal = doel
  • to throw = gooien
  • medal = medaille
  • to run = rennen
  • to kick = schoppen
  • stadium = stadion
  • strong = sterk
  • to beat = verslaan
  • football (UK); soccer (US) = voetbal
  • swimming = zwemmen
  • to lose = verliezen
  • match = wedstrijd