Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Engels Nederlands
  • department = afdeling
  • waste = afval
  • worker = arbeider
  • boss = baas
  • to operate = bedienen
  • company = bedrijf
  • fair = eerlijk; redelijk
  • factory = fabriek
  • health = gezondheid
  • trade = handel
  • industry = industrie
  • to inspect = inspecteren
  • wage = loon
  • brand = merk
  • environment = milieu
  • process = proces
  • to produce = produceren
  • to apply = toepassen
  • volunteer = vrijwilliger