Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Engels Nederlands
  • homework = huiswerk
  • dog-ate-my-homework excuse...

    huiswerk

  • mistake = fout
  • I made a stupid mistake.

    Ik maakte een stomme fout.

  • text = tekst
  • (to) practise = oefenen
  • wall = muur
  • Please help me paint my bedroom wall.

    muur

  • pupil = leerling
  • who was a pupil of mine until he turned to evil...

    leerling

  • subject = vak
  • An inspiring teacher is enthusiastic and makes you love their subject.

    vak

  • classmate = klasgenoot
  • I worked on the science project with my classmate.

    klasgenoot

  • timetable = rooster
  • The school timetable was organised to make it possible for children to go to work.

    rooster

  • notebook = schoolschrift
  • dictionary = woordenboek
  • Do you have an English dictionary?

    woordenboek

  • task = taak
  • (to) translate = vertalen
  • (to) teach = lesgeven
  • we got to teach him.

    lesgeven

  • holiday = vakantie
  • Our summer holiday in Buenos Aires is from January to February.

  • correct = juist
  • Am I hearing this correct?

    juist

  • wrong = fout
  • Did you do anything wrong?

    Heb jij iets fout gedaan?

  • true = waar
  • Any enquiries regarding this true story may be directed towards Huberd.

    Voor inlichtingen betreffende dit waargebeurde verhaal verwijs ik jullie naar Huberd.

  • false = fout / onjuist
  • false reports.

    fout / onjuist

  • (to) pass = slagen voor
  • school report = schoolrapport
  • break = pauze
  • We have a short break in the morning.

    pauze

  • (to) prepare = voorbereiden
  • You've got to prepare yourself.

    voorbereiden

  • test = toets
  • (to) mark = cijfers geven