Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Engels Nederlands
  • adults = volwassenen
  • bag = tas
  • broom = bezem
  • candle = kaars
  • chocolate = chocolade
  • costume = kostuum
  • country = land
  • door = deur
  • ghost = spook
  • glasses = een bril
  • hood = capuchon
  • Ireland = Ierland
  • lollipop = lolly
  • midnight = middernacht
  • neighbour = buurman/buurvrouw
  • party = feest
  • people = mensen
  • pumpkin = pompoen
  • song = lied
  • sun = zon
  • the beginning = het begin
  • trick = een truc
  • witch = heks
  • to give = geven
  • to burn = branden
  • to catch = vangen
  • to come = komen
  • to dress up = verkleden, mooi aankleden
  • to hold up = ophouden, omhoog houden
  • to knock = kloppen
  • to move = verhuizen
  • to scare = bang maken
  • to speak = spreken, praten
  • to wear = dragen
  • ago = geleden
  • AM = van middernacht tot 12 uur ’s middags
  • as well / too = ook
  • it = het
  • just like = precies als
  • like = als
  • line = zin, regel, lijn
  • made = maakten
  • PM = na 12 uur ’s middags tot middernacht
  • safe = veilig
  • scared = bang
  • scary = eng
  • shy = verlegen
  • sweet = zoet
  • that is great = dat is fantastisch