Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Engels Nederlands
  • rich = rijk
  • second = tweede (2e)
  • stolen = gestolen
  • what = wat
  • when = wanneer
  • where = waar
  • who = wie
  • why = waarom
  • your highness = uwe hoogheid