- Engels Nederlands
- astonishing = verbazingwekkend, verbijsterend
- audience = publiek
- bold face = vetgedrukt
- boring = saai
- entire = heel
- fake = nep
- fingertip = vingertop
- fist = vuist
- index finger = wijsvinger
- italics = schuingedrukt (cursief)
- magician = goochelaar
- palm = de palm van je hand
- patter = een praatje bij een truc
- pencil = potlood
- pole = slagboom
- proof = bewijs
- rather = liever
- recess = pauze
- right away = meteen
- rubber band = elastiekje
- secretly = stiekem
- the back of your hand = de rug van je hand
- thumb = duim
- to answer = antwoord geven op
- to disappear = verdwijnen
- to float = zweven, drijven
- to fool around = spelen met, klieren met
- to give orders = opdrachten geven
- to lay = leggen
- to learn = leren
- to lower = laten zakken
- to make no difference = niets uitmaken
- to perform = optreden, uitvoeren
- to pretend = doen alsof
- to pull = trekken
- to push = duwen
- to rub = wrijven
- to stick = kleven
- to turn = omdraaien
- to twist = slingeren, slalommen
- to understand = begrijpen
- tough = moeilijk
- towards you = naar je toe
- trick = truc
- unbelievable = ongelooflijke
- wrist = pols