- Engels Nederlands
- approaching train = naderende trein
- pull up = optrekken
- on top of him = bovenop hem
- applied = paste toe
- nauseous = misselijk
- action = actie
- blood-curdling scream = ijzingwekkende schreeuw
- both = beide, allebei
- bystanders = omstanders
- episode = aflevering
- faithful = trouw
- fire-fighter = brandweerman
- happiness = geluk
- laughter = gelach
- parent = ouder
- subway track = spoor van ondergrondse (metro)
- topics = onderwerpen
- to avenge = wreken
- to be pulled = voortgetrokken worden
- to calm down = rustig worden
- to jump = springen
- to pass over = overheen gaan
- to pick up = meenemen
- to regret = spijt hebben
- to treat = behandelen
- to yell = schreeuwen
- heroically = heldhaftig
- towards = richting