Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Frans Nederlands
  • français(e) = Frans
  • néerlandais(e) = Nederlands
  • canadien, canadienne = Canadees
  • belge = Belgisch
  • la mer = de zee
  • super = geweldig
  • petit = klein
  • de = van
  • content = blij, tevreden
  • ou = of
  • sportif, sportive = sportief
  • le bus = de bus
  • le vélo = de fiets
  • le village = het dorp
  • le nom de famille = de achternaam
  • l’âge (m) = de leeftijd
  • l’adresse (f) = het adres
  • la nationalité = de nationaliteit
  • près de = dichtbij
  • alors = dan, dus
  • nager = zwemmen
  • la télé = de televisie
  • la musique = de muziek
  • l’étage (m) = de verdieping
  • heureusement = gelukkig