Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Frans Nederlands
  • je bois = ik drink
  • tu bois = jij drinkt
  • il boit = hij drinkt
  • nous buvons = wij drinken
  • vous buvez = jullie drinken
  • ils boivent = zij drinken
  • je demande = ik vraag
  • tu demandes = jij vraagt
  • il demande = hij vraagt
  • nous demandons = wij vragen
  • vous demandez = jullie vragen
  • ils demandent = zij vragen
  • je dis = ik zeg
  • tu dis = jij zegt
  • il dit = hij zegt
  • nous disons = wij zeggen
  • vous dites = jullie zeggen
  • ils disent = zij zeggen
  • je mets = ik zet
  • tu mets = jij zet
  • il met = hij zet
  • nous mettons = wij zetten
  • vous mettez = jullie zetten
  • ils mettent = zij zetten
  • je vends = ik verkoop
  • tu vends = jij verkoopt
  • il vend = hij verkoopt
  • nous vendons = wij verkopen
  • vous vendez = jullie verkopen
  • ils vendent = zij verkopen