Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Spaans Nederlands
  • el bolígrafo = de pen
  • el papel = het papier
  • el móvil = de mobiele telefoon
  • el mapa = de kaart
  • el mapa

    de kaart geografisch

  • el calzado deportivo = de stevige schoenen
  • el impermeable = het regenpak
  • la aventura = het avontuur
  • los jóvenes = de jongeren
  • el vóley-playa = beachvolleybal
  • surfear = surfen
  • jugar al tenis = tennissen
  • tomar el sol = zonnebaden
  • nadar = zwemmen
  • el mar = de zee
  • el balón = de bal
  • las chanclas = De slippers
  • la toalla = de handdoek
  • la recepción = de receptie
  • nos reunimos = wij verzamelen
  • quedar = afspreken
  • quedar con

    afspreken met

  • en la entrada = bij de ingang
  • el recorrido = de route / de afstand
  • la ruta en bicicleta de montaña = de mountainbikeroute
  • el bosque = het bos
  • la playa = het strand
  • el curso = de cursus
  • llueve = het regent
  • hace frío = het is koud
  • la semana = de week