Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Engels Nederlands
  • word a = word b
  • to chop = fijnhakken / fijnsnijden
  • to decide = beslissen / besluiten
  • fork = vork
  • fridge = koelkast
  • to fry = bakken /frituren
  • frying pan = koekenpan
  • knife = mes
  • to heat = verhitten
  • next = daarna
  • to order = bestellen
  • packet = pak / pakje
  • pork = varkensvlees
  • to pour = gieten /schenken
  • rice = rijst
  • saucepan = steelpan
  • to smell = ruiken
  • sour = zuur
  • spoon = lepel
  • usually = gewoonlijk / doorgaans
  • washing-up = afwas