Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Latijn Nederlands
  • velle = volo, willen
  • manere = maneo, 1. blijven 2. te wachten staan
  • iubere = iubeo, bevelen
  • statuere = statuo, beslissen
  • capere = capio, nemen, grijpen, veroveren
  • accipere = accipio, 1. vernemen 2. ontvangen
  • adficere = adficio, treffen
  • agere = ago, 1. drijven 2. doen, handelen 3. onderhandelen
  • cogere = cogo, 1. samenbrengen 2. dwingen
  • ire = eo, gaan
  • abire = abeo, weggaan
  • adire = adeo, gaan naar
  • redire = redeo, teruggaan, terugkeren
  • captivus = captiva, captivum, gevangen
  • timere = timeo, vrezen
  • timor = timoris, m., de vrees
  • mors = mortis, vr., de dood
  • clarus = clara, clarum, 1. helder 2. beroemd
  • dicere = dico, zeggen
  • magister = magistri, m., de leraar
  • iter = itineris, onz., de reis, de tocht
  • dies = diei, m. / vr., de dag
  • omnis = omnis, omne, alle
  • ille = illa, illud, die / dat ... (daar)
  • ipse = ipsa, ipsum, zelf
  • tempus = temporis, onz., de tijd
  • species = speciei, vr., 1. het uiterlijk 2. de schijn 3. de soort
  • dominus = domini, m., de meester
  • videre = video, zien
  • videri = videor, 1. schijnen 2. goed schijnen
  • cupere = cupio, verlangen
  • silentium = silentii, onz., de stilte
  • habere = habeo, 1. hebben 2. houden 3. beschouwen als
  • carmen = carminis, onz., 1. het lied 2. het gedicht
  • audire = audio, 1. horen 2. luisteren
  • versus = versus, m., het vers
  • laudare = laudo, prijzen
  • barbarus = barbara, barbarum, barbaars
  • is = ea, id, die / dat
  • tamen = toch, nochtans
  • post = 1. na, achter 2. later
  • in = 1. in 2. op / 1. tot in / tot op 2. naar
  • a / ab = + abl., 1. van bij, (weg) van 2. door
  • apud = + acc, bij
  • per = + acc., 1. door, door … heen 2. gedurende
  • adhuc = bijwoord, 1. tot nu toe 2. nog (altijd)
  • ideo = bijwoord, daarom
  • saepe = bijwoord, dikwijls, vaak
  • ibi = bijwoord, daar
  • ubi? = bijwoord, waar?