Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Nederlands Nederlands
  • aangezien = omdat
  • absoluut = 1 volstrekt, totaal, niet betrekkelijk (relatief); 2 volkomen
  • de adem benemen = 1 van de adem beroven; 2 verbaasd doen staan
  • daadwerkelijk = echt, in de werkelijkheid
  • financieren = het geld voor iets leveren
  • de garantie = de zekerheid
  • het hoofd bieden aan = 1 zich ertegen verzetten; 2 bestand zijn tegen
  • inschatten = vooraf beoordelen hoe iets zal zijn, taxeren
  • de installatie = bij elkaar horende (elektrische) apparaten
  • kuren vertonen = vreemd doen, onvoorspelbaar doen
  • de media = alle middelen waarmee informatie wordt verspreid
  • relatief = betrekkelijk, naar verhouding, in vergelijking met
  • het scenario = 1 draaiboek voor film; 2 toekomstige situatie; 3 beschrijving van een toekomstige situatie
  • sterker nog = erger nog
  • de uitverkiezing = de keuze (voor speciale mensen)
  • verbleken = 1 zwakker van kleur worden; 2 niet in de buurt komen van
  • verontrustend = ongerust makend, zorgelijk
  • al met al = dus, concluderend
  • een beeld schetsen = uitleggen hoe iets in de toekomst zou kunnen zijn
  • het comfort = de luxe
  • daarentegen = echter, maar
  • degelijk = stevig, van goede kwaliteit
  • het klimaatmodel = computerprogramma waarmee veranderingen in het klimaat kunnen worden nagebootst
  • het model = voorbeeld van hoe iets gaat worden
  • negeren = opzettelijk geen aandacht geven
  • de omvang = grootte, uitgebreidheid
  • oplopen = groter worden, toenemen
  • riant = ruim en groot
  • schaars = weinig voorkomend
  • de seismologie = wetenschap die aardbevingen onderzoekt
  • stabiel = stevig, niet wankel
  • het voorschrift = de regel, de bepaling