Pallas

Woordenlijsten Pallas

Hier vind je de woordenlijsten van Pallas van Eisma. Leer de woordjes makkelijk met Wozzol.

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Oudgrieks Nederlands
  • = of
  • σοῦ, σου = (van) jou / u / jouw / uw (genitivus pers. vnw.)
  • διαφθείρω = te gronde richten / vernietigen
  • ἔπεσον (inf. πεσεῖν) = ik viel (aor. bij πίπτω)
  • ταῦτα = dit / dat (onz. meervoud nom. + acc.)
  • λυπέω = kwellen / verdriet doen
  • ἡ χθών (χθονός) = aarde / grond
  • ἔλιπον (inf. λιπεῖν) = ik liet / ik verliet (aor. van λείπω)
  • ὁ ἀδελφός = broer
  • ἄρχω + gen. = voorgaan / leiden / heersen over / beginnen met
  • τι (zonder accent!) (τινος) = iets (zelfstandig gebruikt) / enig(e) (bijvoeglijk gebruikt)
  • ἔλαβον (inf. λαβεῖν) = ik pakte / ik nam (aor. vanλαμβάνω)
  • τάχα = snel / spoedig (bijwoord)
  • εἶδον (inf. ἰδεῖν) = ik zag (aor. bij ὁράω zien)
  • τρέχω = rennen
  • πρῶτος = eerste
  • καταβαίνω = naar beneden gaan / afdalen
  • θάπτω = begraven
  • ἀπέθανον (inf. ἀποθανεῖν) = ik stierf (aor. van ἀποθνῄσκω)
  • τις (zonder accent!) (τινος) = iemand (zelfstandig gebruikt) / iets / een of ander(e) (bijvoeglijk gebruikt) / enkele(n) / sommige(n) (meervoud)
  • τὸ ὄνομα (ὀνόματος) = naam
  • ἔτεκον (inf. τεκεῖν) = ik baarde / ik bracht ter wereld (aor. van τίκτω)
  • ἡ ψυχή = ziel / geest / schim / leven
  • καταλείπω, aor. Κατέλιπον = achterlaten
  • σύνειμι (+ dat.) = samenzijn (met) / omgaan met
  • ἤγαγον (inf. ἀγαγεῖν) = ik bracht / ik leidde (aor. van ἄγω)
  • ὁ φύλαξ (φύλακος) = wachter / bewaker
  • εἶπον (inf. εἰπεῖν) = ik zei / ik sprak (aor. bij λέγω zeggen)
  • τρέφω, aor. ἔθρεψα = voeden / opvoeden
  • ἤνεγκον (inf. ἐνεγκεῖν) = ik droeg / ik bracht (aor. Bij φέρω)
  • ἦλθον (inf. ἐλθεῖν) = ik kwam / ik ging (aor.)