Basiswoorden bij het CE Latijn 2022

Basiswoorden bij het CE Latijn 2022

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Latijn Nederlands
  • medicus = dokter
  • servus = slaaf
  • differo (differre) = uitstellen / verschillen
  • mollis = zacht / week
  • tracto (tractare) = behandelen
  • superbia = trots / overmoed
  • timeo = vrezen / bang zijn (voor)
  • contemno (contemnĕre) = verachten / minachten
  • vis (vrl.) (vim acc., = geweld / kracht
  • repeto (repetĕre) = opnieuw verlangen / terugvragen / herhalen
  • oportet = men moet / het behoort
  • qualis = hoedanig / van welke aard / zodanig als
  • turpis = schandelijk / lelijk
  • servitus, servitutis = slavernij
  • certamen, certaminis = (wed)strijd
  • quo = waarheen / (+ comp.) naarmate / des te
  • ne + conj. = (op)dat niet / om niet / om te voorkomen dat / (na ww. van vrezen en verhinderen) dat / om te
  • servio (servire) = slaaf zijn / dienen
  • sors, sortis = lot
  • multo (bijw.) = veel
  • laus, laudis = lof / roem
  • quippe = immers
  • vereor ne + conj. = ik ben bang dat . . .
  • modus = wijze / manier / maat / hoeveelheid / omvang
  • nimium (bijw.) = al te zeer